Ik zou een poging kunnen ondernemen om vandaag te omschrijven. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat dat in mijn ogen onmogelijk lijkt.
Ieder van ons kent wel de fantasie: zat ik maar op een zuiders strand onder die wijdse sterrenhemel te genieten van de oneindigheid. Hoe ongeloofwaardig het ook moge klinken: momenteel bevind ik me te midden van die fantasie: idyllisch en primitief hutje, schitterende sterrenhemel, volle maan en een geweldig strand.
Dit lijkt maar niet op te houden. Mijn mond blijft open vallen, mijn ogen blijven staren. Ik geloof mijn eigen ogen niet meer. Keer op keer.
Mijn hart bonkt in m'n keel. Tranen van ontroering wellen op. Ik voel met elke vezel, elke kleinste cel. Die schoonheid, die pracht komt zo hard aan. Ik voel me zo klein. Zo minuscuul. Mijn gedachten vallen stil en ik kan alleen nog maar kijken. Kijken, in de hoop dit alles tot de laatste druppel in mij op te nemen.
De blik in mijn ogen wordt zonder enige moeite doorzien. Al mijn breekbaarheid, kwetsbaarheid is zichtbaar. Ik besef het, maar ik geef er niet om. Ik voel tot in m'n diepste kern dat we allemaal hetzelfde voelen, denken. Mijn adem stokt. Ik slaag er nog net in een zucht uit te brengen. Dit is mijn ultiem geluk.
Beetje bij beetje verkleint de groep. Uiteindelijk schieten we nog met 2 over die vol ongeloof aanschouwen: Sara en ik. Plots weet ik, merk ik, voel ik: hier moet ik niet spreken, hier mag en kan ik stil zijn en me laten leiden door die ongelofelijke storm van verbazing die vanbinnen woedt. Er wordt gesnapt dat dit alles mij compleet, totaal overmant. Ik prijs me gelukkig…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten