De kilometers schuiven onder de wielen door. Het is valavond. De autoradio speelt. Talloze gezinnen trekken er gedurende deze periode op uit. In mijn gedachten keer ik terug naar één van de vele autoreizen met mijn ouders. De tijd waarin het bezoek aan de boekenwinkel net voor vertrek het hoogtepunt van het jaar vormde. Ik sloeg een voorraad kiekeboes in, wist mama een aantal stripverzamelboeken te ontfrutselen en was klaar om in m'n eigen wereldje te verdwijnen. Terwijl papa zijn meiden veilig op bestemming afleverde, brulde ik mee met de meestal actuele "Hits voor Kids" en verdiepte me in de vele avonturen van Kiekeboe en co. Kinderlijke onschuld behoedde me toen nog voor piekeren.
Vandaag zit ik zelf achter het stuur en is de kinderlijke onschuld verdwenen: mijn hoofd staat de laatste tijd geen seconde stil. Onrust maakt zich van mij meester: ben ik mezelf onderweg kwijt geraakt? Ben ik veranderd? Is verandering negatief of positief? Is het tijd voor vernieuwing? Wat met de toekomst? Vertrek ik? Vertrek ik nu? Vertrek ik binnen een jaar? 2 jaar misschien? Kan ik alleen? Papa noch mama kan me hiervoor behoeden. En eerlijk waar: ik sukkel. Ik zucht en ik vloek. Op een hoofd dat het even helemaal kwijt is. Op een hart dat afziet van de zoveelste ontgoocheling. Aanslagen, vriendschappen die stormen moeten zien te overleven en vooral heel veel onduidelijkheid. Ik vecht met mezelf en met m'n omgeving.
En toch: terwijl de zon definitief achter de horizon zakt, borrelt één zin op. De zin die me steeds opnieuw moed geeft. De zin die alles samenvat. Alles komt altijd, hoe dan ook, goed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten